ik stuiptrek en sidder
met tussen twee vingers dat blauwtje
’t zoveelste maar rijker op zak
had ik me te veel de vleugels
voor ogen met metrum en volrijm
en biddende bek?
had ik jou en te snel
te kennen gegeven
dat dichters niet voelen
maar huilen om voer?
en toch
wat is er mis
met zich godslasterend gul en zelfzuchtig
gedragen met geen kaarsen doen branden
maar lampjes uitdraaien?
terwijl jij ja jij
met je is-gelijk-aan-lippen
en als veel te vroege nachtvorst
mijn kwetsbare klankenmoestuin
meedogenloos verraste
gepubliceerd in Meander Magazine
woensdag 26 juni 2013
Abonneren op:
Posts (Atom)