Neergang
Mijn
vader brandt, zo heeft hij het gewild. Begin deze week viel hij dood neer. Hij zakte
in elkaar in de gang.Toen ik
hem ging groeten, stak ik een brok steenkool in zijn broekzak. Het stuk dat
hij bij de sluiting van de mijn in zijn boterhammendoos mee naar huis had
genomen. Mijn vader heeft nooit van de gang gehouden. Wie in de gang staat, zei hij, holt zichzelf
uit. Was hij bij leven filosoof, vandaag gaat hij als kompel.
Message in a bottle
Met
enige moeite opent hij het luik. Een bundel licht valt in het trapgat. Eenmaal
op zolder gaat hij aan zijn bureau staan. Hij ziet het allemaal al voor zich:
de camera die hem na zijn bejubelde debuut een hele dag volgt, de man die de zwevende
microfoon draagt, de regisseur die aanwijzingen geeft. ‘Voilà, dit is het dan,’
zegt hij en hij spreidt zijn armen. ‘Mijn schrijvershol, mijn poëtisch
walhalla.’ Hij strijkt met zijn vingers over de secretaire, want die moet
scherp in beeld worden gebracht. ‘Elke keer als ik ga schrijven, moet ik eerst
weer van die spullen af.’ Hij begint alles op te sommen en schuift het
gelijktijdig aan de kant: de puzzels van zijn vrouw, de knutselwerken van zijn
zoon en de te klein geworden sandalen van zijn dochtertje. ‘Ik ken ondertussen
mijn plek wel,’ snuif hij. ‘Dichten is des rommels.’ Dan leidt hij de camera
naar het kleine houten huisje, dat bovenaan de secretaire staat. ‘Mijn spaarpot
uit Tirol.’ Hij schudt het houten ding. Het blijft stil. Snel zet hij de
spaarpot neer en wijst naar een fles waar nog nauwelijks vocht in zit.
‘Waarschijnlijk wil je weten waarom hier zoveel drankresten staan.’ Eindelijk
krijgt hij de kans om het aan de wereld te vertellen. ‘Het is niet wat je
denkt.’ Hij neemt de fles in de hand. ‘Ik verzamel lege flessen. Om er later,
als ik met pensioen ben, bootjes in te zetten.’ Hij drinkt de fles in een teug
leeg en kegelt haar in een kartonnen doos onder zijn bureau. ‘Bekijk het als
een vorm van pensioensparen. Wat ik nu heb, moet ik later niet meer bij elkaar
zoeken.’ Even houdt hij de lippen stijf op elkaar. Dan boert hij luid, want humor
doet het altijd goed op tv. ‘Bootjes in lege flessen vind ik heel poëtisch. Het
is een mooie metafoor voor het leven.’ Hij steekt een vuist in de lucht en roept:
‘Licht het anker en hijs het zeil!’ Langzaam zakt zijn vuist naar beneden. ‘En
toch zit je gevangen, voor altijd.’ De regisseur tikt de cameraman aan. Het
beeld trekt zich terug van de gevierde dichter. De kijkers blijven verweesd
achter. Een volgende druk van zijn debuut is in de maak.
De Optimist is het langstlopende digitale cultureel magazine van Nederland.